Dahliapakket 'Surprise'
Een mooie mix van 3 soorten enkele dahlia’s van 80 cm waar insecten dol op zijn. De knollen zijn opgekweekt uit zaad en het is daarom een verrassing welke kleur ze gaan krijgen.
Dahlia's
Zomerbollen zoals dahlia’s zijn fantastische toevoegingen aan je border of pluktuin. De knollen groeien uit tot forse planten die prachtige bloemen geven. Zomerbollen plant je buiten in de volle grond of in potten als er echt geen vorst meer komt. Dat is na half mei. Voor die tijd, vanaf maart, kun je de knollen alvast binnen opkweken. Onze mooie sterke zomerbollen komen van Bloemoloog en zijn biologisch gecertificeerd. Dus helemaal ‘schoon’ gekweekt, zonder bestrijdingsmiddelen of kunstmest.
Dahlia's planten
Je kunt ervoor kiezen om de knollen vanaf maart binnen alvast op te kweken, dat noemen we voortrekken. Dan heeft de plant een voorsprong en bloeit deze ook eerder en daarmee langer. Je zet de pot dan op een lichte plaats in je kamer en houdt de grond licht vochtig. Na ijsheiligen, 15 mei, plant je de opgekweekte planten in de volle grond.
Je maakt een ruim plantgat, waar de knollen in passen, op een diepte waarbij ze net onder de oppervlakte zitten. Na een poosje zie je de eerst groene steeltjes verschijnen, en met behulp van zon en regen groeien ze snel groter. Specifiek voor Dahlia’s: als de plant ca 10 cm groot is, knijp je de toppen in het midden eruit, waardoor vertakkingen ontstaan en je een mooie bossige plant krijgt met veel bloemen. Veel knippen voor boeketten en het verwijderen van de uitgebloeide bloemen bevordert ook nieuwe bloei. Afknippen boven een bladpaar.
Dahlia's houden van rijke grond. Plant ze dus in goed bemeste grond en geef ze eventueel nog een extra handje als ze volop aan het bloeien zijn. Na de bloei kun je de bollen voor de vorst uit de grond halen, schoonborstelen en droog en vorstvrij wegleggen in een kratje met kranten of stro bijvoorbeeld. Vergeet niet een etiketje met de naam eraan te binden als je wilt onthouden welke soort het is. Als je tuiniert op zandgrond, kun je ze in de grond laten zitten en in de winter bedekken met een dikke laag blad tegen de vorst. Tuinier je op klei of heb je ze in een pot gezet, dan kun je ze er beter uithalen. Kleigrond wordt in de winter veel te nat en dan verrotten de knollen.
